Scherp de kennis over het transgenderthema aan

Er is meestal een groot gebrek aan kennis bij onderwijspersoneel over het transgenderthema. Dit heeft zeker niet altijd te maken met onwil, maar is vaak te wijten aan het feit dat deze thematiek in hun opleiding niet of nauwelijks aan bod kwam. Bijgevolg hebben de meeste scholen géén proactief transgenderbeleid, en worden ze zich pas bewust van de mogelijke uitdagingen wanneer ze zich geconfronteerd weten met het verhaal van een trans leerling, -leerkracht of -ouder.

Dat is bijvoorbeeld het geval wanneer een trans meisje gebruik wenst te maken van de meisjes toiletten en kleedkamers, maar sommige ouders hun veto stellen. Of wanneer een collega aankondigt na de zomervakantie als man terug te komen (lees en bekijk bijvoorbeeld deze getuigenisExterne link  van een leerkracht). Plots zit men dan met de handen in het haar, en moeten er dringend beslissingen genomen worden. De druk komt dan vaak op een individuele (zorg)leerkracht of de directie te liggen.

Er is dus heel wat te zeggen voor het uitdenken van een inclusief schoolbeleid, waar directie, leerkrachten/docenten, betrokken CLB-medewerkers, leerlingen- of studentenraad en ouderraad samen aan getimmerd hebben. Ook voor ouders is een proactief schoolbeleid een goede zaak. Want nu is het vaak zo dat ouders zelf alles moeten uitzoeken en de school als ware moeten onderwijzen en sensibiliseren.

Zet in op representatie en zichtbaarheid

Praten over genderdiversiteit en het transgenderthema in het onderwijs is enorm belangrijk. Kinderen vergaren hun kennis via media, gezin en school. Over deze thema's praten zorgt ervoor dat kinderen er van jongs af aan vertrouwd mee geraken en leren nadenken over hun eigen genderidentiteit, wat deel uitmaakt van de persoonlijke ontwikkeling. Verder zorgt representatie voor meer herkenbaarheid en acceptatie. Laat dus zeker getuigen en rolmodellen aan het woord.

Voor kinderen en jongeren kan de schoolcontext een moeilijke omgeving zijn om zichzelf te kunnen of durven zijn. Trans jongeren weten niet altijd goed hoe en aan wie ze op school over hun gevoelens en identiteit kunnen vertellen. Ook voor trans ouders met kinderen is het zoeken hoe men de directie of leerkrachten kan inlichten. Ze blijven vaak onder de radar.

Daarnaast kunnen ook de scholen zelf en bij uitbreiding CLB-medewerkers veel vragen hebben over hoe ze het best omgaan met een trans persoon of zijn op zoek naar hoe ze dit thema in de klas kunnen aankaarten of hoe ze kunnen tonen dat ze open staan tot dialoog. Onderzoeksdata in verband met trans personen in het onderwijs is beperkt in ons land. En een effectief schoolbeleid dat rekening houdt met de reële genderdiversiteit, is vaak ver zoek. 

Luister naar de ervaringen van trans leerlingen

Uit Belgisch onderzoek1 blijkt dat de meest frequent voorkomende negatieve ervaringen van trans leerlingen op school inbreuken op de privacy, ongepaste nieuwsgierigheid en niet met de gekozen voornaam en/of voornaamwoorden aangesproken worden zijn. Ook kritiek op het uiterlijk, gedrag of ideeën en pesterijen worden gerapporteerd door schoolgaande trans jongeren. Jongere trans personen rapporteren meer negatieve ervaringen op school dan oudere trans personen. Negatieve ervaringen kwamen in dit onderzoek vaker voor in het lager en middelbaar onderwijs dan in het hoger onderwijs.

Middelbare schoolomgevingen zijn dikwijls moeilijk voor trans jongeren, omdat er enerzijds een grote druk uitgaat van de leeftijdsgenoten om te conformeren aan de heersende gendernormen, anderzijds omdat er vaak een totaal gebrek is aan informatie over het transgenderthema2 . Medeleerlingen vinden gender non-conform gedrag minder acceptabel dan homoseksualiteit. Kort door de bocht: liever een stoere homo jongen dan een "verwijfde" hetero jongen. 

Ander onderzoek naar ervaringen met geweld op school van holebi en transgender jongeren maakt duidelijk dat het gebrek aan een gemeenschap en empowerment de voornaamste problemen zijn van deze groep3 . De aanwezigheid van informatie over lokale LGBTI+ organisaties en initiatieven op school is dus cruciaal. Het meest voorkomende coping-gedrag van de jongeren uit het onderzoek was het ontvluchten en vermijden van stressfactoren door zichzelf te distantiëren van school. Dit uit zich onder andere in spijbelgedrag en schoolmoeheid.

Coming-out

Wil je een leerling en diens ouders begeleiden bij een coming-out? Onder hoe vertellen op school? vind je advies dat je kan doornemen met hen. 

Maak onthaal en registratie genderinclusief

het is zeer waarschijnlijk dat je binnen je school ooit te maken zal krijgen met een trans persoon. Het creëren van een transvriendelijk onthaal bij inschrijving en veilige omgeving is erg belangrijk, want het is de eerste kennismaking met de school. 

Enkele kleine aanpassingen en aandachtspunten kunnen een schoolomgeving al veel transvriendelijker maken, en zo de schoolloopbaan fijner maken. Dit kan gaan over correcte aansprekingExterne link  en verwijzingExterne link , screening van de eigen administratieExterne link en correspondentie en aandacht hebben voor genderinclusieve infrastructuurExterne link  en beeldvormingExterne link . Neem zeker ook de openstaande vacatures en functieomschrijvingenExterne link kritisch onder de loep.  

Gebruik correcte aanhef, voornaamwoorden en voornaam

Het zit vaak in de kleine alledaagse dingen: spreek een leerling, leerkracht of ouder met de correcte voornaam en aanhef aan. Verwijs naar hen met de zelf gekozen voornaamwoorden. Weet je niet met welke voornaam of aanhef (bijvoorbeeld: mevrouw/meneer/, mama/papa/ouder/mapa,...) de persoon in kwestie wenst aangesproken te worden? Vraag gerust met welke aanspreekvormen en voornaam mensen willen aangesproken of aangeschreven worden, en vraag dit bij voorkeur meerdere keren. 

Ga nooit zomaar uit van de gegevens van op de identiteitskaart. Mogelijks kloppen die niet met hoe de persoon in kwestie zich identificeert. Informeer ook de persoon in kwestie over de manier waarop gegevens worden bewaard en waarvoor deze gebruikt worden. Benadruk de vertrouwelijkheid van de informatie die gegeven wordt.

Lees hierExterne link meer over aanhef en gebruik van voornaamwoorden.

Wat met beleefdheidsregels?

In sommige onderwijscontexten zijn aansprekingen nog erg gegenderd. Op school is het gebruikelijk om de leerkracht of directie met mevrouw/meneer of juf/meester aan te spreken. We gaan uit van gekende beleefdheidsregels, maar deze kunnen uitsluitend werken voor genderdiverse personen die zich bijvoorbeeld noch man noch vrouw voelen. Beleefdheidsregels kunnen ook veranderen doorheen de tijd. We leven niet langer in een klassenmaatschappij, en steeds meer en meer leerkrachten en leidinggevenden vinden het bijvoorbeeld fijn om met hun voornaam aangesproken te worden. Leerkrachten kunnen ook vragen aan hun leerlingen om hen aan te spreken met ‘leerkracht’ of een samenvoeging zoals ‘muf’ of ‘jeester’. Laat kinderen meezoeken naar creatieve oplossingen, en sta versteld van de vele opties. 

Wat als de voornaam en/of geslachtsregistratie van een leerling wijzigt?

Zodra de naam en/of geslachtsregistratie officieel gewijzigd is op de identiteitskaart, ben je verplicht om deze in alle communicatie te gebruiken. 

  • De naam kan gewijzigd worden vanaf 12 jaar mits toestemming van beide ouders zolang het kind minderjarig is.
  • De geslachtsregistratie kan gewijzigd worden vanaf 16 jaar mits toestemming van beide ouders zolang het kind minderjarig is en mits attest van een jeugdpsychiater.

Wat als een leerling vraagt om al een nieuwe voornaam en/of geslachtsregistratie te gebruiken zonder officiële aanpassing?

Scholen zijn volledig vrij om ook al voorafgaand aan een officiële wijziging van voornaam en/of geslachtsregistratie de nieuwe roepnaam te gebruiken en de opdeling in jongens- en meisjestoiletten en (kleed)kamers te herzien. Alle schoolinterne documenten kunnen namelijk zonder officiële wijziging van voornaam of geslacht aangepast worden aan de gewenste situatie. Dit geldt bijvoorbeeld voor: naamstickers of -bordjes, schoolagenda, toetsen, klassenlijsten, schoolpas, e-mailadres, online fora,... 

Let wel: je kan dit als leerling of leerkracht niet buiten de wil van de school afdwingen. Het is een gunst en geen recht. Maar voor het welzijn van de persoon in kwestie, alsook om verwarring bij andere leerlingen en leerkrachten te vermijden, spreekt het voor zich dat iedereen er bij wint om op de juiste manier aangesproken en behandeld te worden. 

De officiële voornaam en geslachtsregistratie moet enkel gebruikt worden in communicatie met de overheid, tijdens de deliberatie en officiële toekenning van de resultaten, voor diploma’s en getuigschriften en voor loonbrieven. In die communicatie is het dus niet mogelijk om de nieuwe roepnaam te gebruiken. 

Houd als directie of (zorg)leerkracht ook rekening met enerzijds de draagkracht en leeftijd van het kind en anderzijds de klasdynamiek om te beslissen of je meegaat in een nieuwe naam of genderrolswitch. Verder houd je best ook rekening met het schoolreglement (al moet je die ook soms durven te herzien), de toestemming van ouders of opvoedingsverantwoordelijken en de mate waarin het kind reeds begeleid wordt door een hulpverlener en/of het CLB. Probeer tot gedragen compromissen te komen die leeftijdsadequaat zijn en passen binnen jullie schoolbeleid en -visie. Bevraag andere ouders en personeel, maar geef geen ruimte aan haatspraak en discriminatie. We zijn er ons van bewust dat dit niet altijd een gemakkelijke oefening is binnen een superdivers schoolklimaat. 

Vermijd gendergeladen registratiesystemen 

Probeer steeds gendergeladen invulformulieren, psychodiagnostische tests, inschrijvingsdocumenten,… te vermijden. Maak richtlijnen op voor je school waarin voorzien wordt dat computer- en papieren bestanden die het geslacht/gender van de leerlingen, ouders of personeelsleden registreren, snel en efficiënt bijgewerkt worden zodra je verneemt dat iemand zich anders identificeert. Alle interne informatie- en communicatiekanalen kunnen zonder probleem worden omgezet naar de nieuwe voornaam en/of het nieuwe geslachts- of genderregistratie, ook al zijn er op juridisch vlak nog geen wijzigingen in de persoonsgegevens doorgevoerd.

Hou tevens rekening met de aanwezigheid van non-binaire personen en pas je registratie modules aan opdat er meer dan twee opties zijn. Je kan jezelf ook de vraag stellen of je echt de genderidentiteit of/en geslacht van iemand moet registreren. Vaak wordt het standaard opgenomen in een vragenlijst of inschrijvingsdocument, maar is het niet relevant of nodig om weten.  

Denk na over het schoolreglement en vrijheid van expressie

In sommige scholen is het dragen van een uniform of bepaalde sportkledij verplicht. Vaak is die verplichting opgenomen in een schoolreglement. Dat betekent dat je je akkoord verklaart ten aanzien van het uniform. Vaak zijn uniformen niet unisex of neutraal, maar gegenderd. In veel schoolreglementen zal je ook nog terugvinden dat jongens bijvoorbeeld geen oorbellen mogen dragen en iedereen verplicht is om mee te zwemmen. 

Mogelijks kan er nagedacht worden over de relevantie van bepaalde regels. Zijn ze nog van deze tijd? Staan alle leerkrachten nog achter deze visie? Zijn er in uitzonderlijke situaties uitzonderingen mogelijk? Het kan voor trans leerlingen heel moeilijk zijn om deel te nemen aan de lessen LO omwille van de sport- en zwemkledijvoorschriften, omkleed- en doucheruimtes en de confrontatie met het eigen lichaam. Kunnen zwemmen is opgenomen in de eindtermen, waardoor scholen verplichte zwembadbezoeken inplannen. Een doktersbriefje zorgt voor tijdelijke rust, maar biedt geen structurele oplossing.

Denk na of het kwaad kan om de trans leerling in het uniform te laten sporten dat het meest comfortabel voelt als dat ervoor zorgt dat de participatie en het enthousiasme verhoogt. Ga ook samen op zoek naar oplossingen. Misschien kan een (zwem)binder of corrigerend ondergoed een uitkomst bieden? Of is het mogelijk om tien minuten vroeger om te kleden? Of kan er een alternatieve taak gemaakt worden? Of kunnen er individuele zwemlessen gevolgd worden? 

Denk na over de infrastructuur 

Je bent als onderwijsinstelling niet verplicht om gescheiden toiletten te voorzien voor de leerlingen/studenten. Enkel voor het personeel moeten er volgens onze wetgeving gescheiden toiletten voorzien worden. Er wordt in die wetgeving wel niet gesproken over gescheiden aanduidbordjes. Je zou er dus voor kunnen opteren om leerlingen te laten kiezen welk wc ze gebruiken of de toiletruimte genderinclusief te maken. Dit komt niet alleen de trans leerling te goede, maar elke leerling! 

Verder is het een goed plan om als LO leerkracht in samenspraak met directie, leerlingen en ouders afspraken vast te leggen voor het gebruik van de kleedkamers en douches. Ga je op zee- of bosklas? Denk dan ook even na over de kamerverdeling. Meer verdiepende info en adviezen over de aanpassing van infrastructuur vind je hierExterne link

Zet een ondersteunend netwerk op en houd rekening met beeldvorming

Maak het transgenderthema bespreekbaar op een respectvolle manier. Zorg ervoor dat de contactgegevens van externe transgenderorganisaties gekend zijn bij alle leerkrachten. Je kan je solidair tonen met LGBTI+ personen door de regenboogvlag uit te hangen, deel te nemen aan campagnes, dagen als IDAHOT, Transgender Day Of Visibility, Pride,... te vieren, posters van LGBTI+ verenigingen op te hangen,... 

Scholen kunnen een eigen ondersteunend netwerk of werkgroep voor LGBTI+ leerkrachten en scholieren opzetten. Binnen een onderwijscontext heet dit ook wel eens een GSA. Lees er hier onder studenteninitiatieven meer over.  Lees hier meer over beeldvorming en terminologie. 

Stel een plan van aanpak op

Wanneer in schoolreglementen en andere visie- of beleidsteksten (zoals bv. een antipestbeleid) gesproken wordt over diversiteit en antidiscriminatie, kan je de beschermde gronden (zoals afkomst, geslacht, geloof,...) expliciet opsommen en tevens ‘genderidentiteit’ en ‘genderexpressie’ in dat rijtje opnemen. Naast de algemene expliciete vermelding van non-discriminatie, is het aan te raden om een specifiek plan van aanpak op te stellen met duidelijke richtlijnen over hoe om te gaan met een transgender leerling, leerkracht of ouder. In dit plan moeten duidelijke antwoorden staan op vragen als:

  • welke naam mag men gebruiken op examenformulieren en rapporten?
  • welke naam en foto mag er op de schoolpas?
  • wat met schoolreizen met overnachtingen in gescheiden slaapzalen?
  • wat met omkleedruimtes of toiletten?
  • vanaf welk moment is het toegelaten om effectief in de andere genderrol te participeren op school?
  • hoe ziet de overlegstructuur ouders-kind-hulpverlening-school er uit?
  • welke contacten met / kennis van transgender organisaties is er op school aanwezig?
  • welke educatieve materialen zijn beschikbaar op school?
  • wie verzorgt de ruime aankondiging en op welke manier willen de betrokkenen dat dit verloopt?
  • …..

Zo’n plan biedt een raamwerk aan leerkrachten en directie om hun beslissingen in te kaderen, die natuurlijk ten allen tijden flexibel dienen te zijn en aangepast moeten worden aan de situatie, de leeftijd van het kind, en/of de wensen van de betrokkene. Maar het maakt wel een verschil uit of er een plan klaarligt of dat men op basis van één bepaald geval ad hoc moet reageren. En leerlingen, leerkrachten, ouders of andere actoren kunnen verwezen worden naar het beleid van de school indien er protest of vragen zouden ontstaan.

De school kan een leerling of leerkracht dus al een heel eind tegemoet komen, ook gezien de juridische basis die het Vlaamse Gelijke kansen- en gelijke behandelingsdecreet van 2008 biedt. De passage over de reikwijdte van non-discriminatie/gelijke behandeling in Vlaanderen (van toepassing op onderwijs, welzijn en andere Vlaamse bevoegdheden/sectoren) luidt als volgt:

Art. 16, § 3
De beschermde kenmerken zijn geslacht, genderidentiteit, genderexpressie, leeftijd, seksuele geaardheid, burgerlijke staat, geboorte, vermogen, geloof of levensbeschouwing, politieke overtuiging, syndicale overtuiging, taal, gezondheidstoestand, handicap, fysieke of genetische eigenschap, sociale positie, nationaliteit, zogenaamd ras, huidskleur, afkomst, of nationale of etnische afstamming. Lees er hier meer over.

Laatst nagekeken op: .